Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want de kinderen Israels en de kinderen van Juda hebben van hun [48]jeugd aan [49]alleenlijk gedaan, dat kwaad was in Mijn ogen; want de kinderen Israels hebben Mij door het werk hunner handen alleenlijk vertoornd, spreekt de HEERE. 48. Zie boven hfdst.2 vs.2. 49. Dat is, anders niets gedaan dan enz.